Implantaten laten plaatsen: zo gaat het in z’n werk

implantaten, implantaat behandeling, tandimplantaat

implantaten, implantaat behandeling, tandimplantaat

Of je nu rechte of scheve tanden hebt, een wit of een geel gebit: het eerste doel is altijd om je eigen tanden zo lang en zo goed mogelijk te behouden. Dat is de reden waarom grondig poetsen zo cruciaal is, en regelmatige controle afspraken bij de tandarts noodzakelijk zijn. Maar het kan natuurlijk altijd gebeuren dat je een (stuk) tand verliest, of zelfs een paar tanden. Dan brengen implantaten soelaas. Een implantaat is een kunstwortel of schroef, meestal gemaakt uit titanium (omdat je lichaam dit materiaal niet afstoot), waarop we één of meerdere nieuwe tanden of een uitneembaar gebit plaatsen.

Verloop van de behandeling

De plaatsing van implantaten gebeurt in een aantal vaste stappen:

  1. Een analyse van je klachten.
  2. Een algemeen gezondheidsonderzoek en een gesprek over je medische voorgeschiedenis, waarbij onder meer je vroegere operaties en je geneesmiddelengebruik aan bod komen.
  3. Een onderzoek van je tandvlees en kaak (als je bijvoorbeeld een ontsteking hebt, dan moet die eerst genezen).
  4. Een 3D-röntgenfoto of Cone Beam Computer Tomografie (CBCT) om te kijken hoeveel bot er bij jou beschikbaar is en om te dubbelchecken of je toch geen last hebt van ontstekingen. Waarom de hoeveelheid bot zo belangrijk is? Het stevigste resultaat krijg je met implantaten of schroeven van minstens acht millimeter. Daarvoor moet je kaakbot natuurlijk voldoende breed en hoog zijn (acht millimeter of hoger dus).
  5. Voor de behandeling krijg je eventueel preventief antibiotica om de kans op infecties tijdens de ingreep tot het absolute minimum te beperken.
  6. Je ondergaat de plaatsing van het implantaat onder plaatselijke verdoving (volledige verdoving komt zelden voor).
  7. Drie maanden later is het tijd voor de tweede fase: de plaatsing van de kroon of het klikgebit.

Implantaat: nabehandeling

Na de behandeling komen pijnstillers wellicht van pas. Meestal houdt de pijn niet lang aan, en heb je enkel op de dag van de ingreep last. Een coldpack op je wang kan helpen om de zwelling te doen afnemen. Verder moet je je mond twee keer per dag ontsmetten met een speciaal mondspoelmiddel, zeker tot de draadjes eruit zijn. Gedurende de eerste week blijf je tijdens het tandenpoetsen uit de buurt van het implantaat (ga er voorzichtig rond met je tandenborstel), en de eerste dagen mijd je het best hard voedsel.

Slaagkansen bij een implantaat

Een implantaat groeit bijna altijd stevig vast. De kans is niet groot dat je je implantaat meteen na de plaatsing verliest, al is het wel mogelijk door bijvoorbeeld een ontsteking in je kaakbot, slechte botkwaliteit of onvoldoende doorbloeding. Alleszins hoef je je weinig zorgen te maken om op termijn je implantaat te verliezen. Gebeurt het toch, dan ligt de oorzaak meestal bij roken en/of een slechte mondhygiëne. We raden je dan ook aan om te stoppen met roken en regelmatig op controle te gaan bij de tandarts.

Gaat het mis? Als je het implantaat op tijd laat verwijderen en je bot de kans geeft om te genezen, dan kun je meestal een nieuw implantaat krijgen. Verlies je pas na lange tijd je implantaat, dan is er allicht te veel bot verloren gegaan, en is een nieuw implantaat soms geen optie meer.

Wil hierover graag meer weten? Bel 09 224 23 71.

 

Afspraak